17 juni t/m 21: Hanoi.
Samen met Ralf en Casper – twee Nederlandse jongens die we op de boot hebben leren kennen – vlogen we naar Vietnam. Land nummer 7! We hebben op het vliegveld van Hanoi langer op onze visums moeten wachten dan dat we hadden gevlogen. Ook een taxi uitzoeken nam nogal wat tijd in beslag. Het hotel dat ons zou komen ophalen was nergens te bekennen en dus besloten we zelf maar iets te regelen. Nou, dat was nog wel een opgave. We zijn heel wat taxi’s in en uitgestapt – de bedragen die ze vroegen waren veel te hoog – en ik had zomaar het idee dat die locals het maar wat grappig vonden.
De kennismaking met Vietnam verliep dus niet heel soepel. Door het ‘toeristen plagen’ begonnen de Vietnamezen bij mij op -1 achterstand. Geen zorg, daar kwam al snel verandering in zodra we het hotel kwamen binnen lopen. Wat een lieve mensen. Ze kwamen daarnaast met het nieuws dat ze ons geüpgraded hadden. We kregen een kamer met twee kingsize bedden – waarom ook niet? – en een eigen dakterras. Dit werd drie nachten príma vertoeven.
Na een snelle douche en springend van het ene bed op het ander – waarom zullen ze het er anders neergezet hebben? – liepen we samen met Casper en Ralf naar de ‘bbq en bierstraat’. En dat lopen is nog wel een dingetje hier in Hanoi. Scooters zijn overal en de enige verkeersregel die ze hebben is zoveel mogelijk toeteren. Overal en naar iedereen. Alle inwoners zitten ‘s avonds op hun stoeltje buiten te eten en in de ‘bbq en bierstraat’ was het niet veel anders. We zaten nog niet op ons krukje of een vrouw met een microfoon en cameraman kwam naar ons toesnellen. Of we niet iets over het EK konden vertellen. Ze was sportjournalist voor de tv en was opzoek naar westerse mensen. We hebben haar een paar keer duidelijk gemaakt dat ons land helaas niet mee speelt, maar dat scheen haar niet veel uit te maken. Ik sprong mooi even áchter de camera – want ik en voetbal…. ach – en liet de mannen het woord doen.
De volgende ochtend had Kas wat problemen met z’n maag en besloot ik alleen de stad in te gaan. De sfeer in Hanoi is zo relaxed, leuk en fijn en het stikt er van de leuke koffietentjes en restaurants. Je kunt hier uren en dagen rondlopen zonder je te vervelen. Het oversteken is weliswaar met gevaar voor eigen leven en zo gebeurde het dus ook dat er een moment kwam dat er wel 20 scooters om mij heen stonden. Het was een merkwaardig punt waar drie wegen veranderden in 1 – en oké ik liep een beetje te dromen. Ik stak over en ineens kwamen er overal scooters vandaan. Best even schrikken maar gelukkig konden de bestuurders er de lol wel van in zien, sterker nog: ze zaten smakelijk te lachen. Zo’n blondine met 3 meter been die denkt even over te steken.
21 juni t/m 23 juni: Halong Bay
Op vier uur rijden van Hanoi ligt het mooie en bekende Halong Bay. En dus reden we hier maandag naartoe. We hadden een drie daagse boottrip geboekt welke ons langs de mooiste plekjes van Halong Bay zou varen. Voordat we de bus in stapten kregen we te horen dat we waren geüpgraded naar een vier sterren boot – dat upgraden is wel een rode lijn binnen onze reis vind je niet? – maar verzochten ons vriendelijk hier niets over te vertellen tegen de medereizigers. Maar natuurlijk. Met een klein bootje werden we naar onze boot gebracht en werden we verwelkomd met een wel heel bijzondere lunch. We hadden een buffet in gedachten – met ons hoofd nog bij de 0-sterren cruise – maar ons stond geen 2, geen 3, geen 4 maar een víjf gangen lunch te wachten.
Ook met de kamers was niets mis. Een goed bed, een stortdouche en zelfs aan airco was gedacht. Vrijwel direct na de lunch zijn we gaan Kayakken en het is gewoon bijna onvoorstelbaar hoe mooi het is. ‘S avonds kregen we wederom een 5-gangen diner voorgeschoteld en we sloten de avond al biertjes drinkend af op het dek. En die biertjes dronken we niet zomaar. Nee, er moest namelijk hóógnodig geproost worden. En wel op het nieuwste, kleinste familielid. Op de boot kregen wij namelijk te horen dat het kindje van Roos en Michiel is geboren en dat maakt ons tante en oom. En trots. Heel trots. Want je wist het misschien niet: maar het is het knapste jongetje van de wereld.
De volgende ochtend werden we vriendelijk verzocht om voor zevenen aan het ontbijt plaats te nemen want om 7.30 begon de excursie naar de grotten. Het werd een hike, dus werden wandelschoenen sterk aanbevolen. Ralf en Cas hadden helaas het ontbijt gemist en daarmee ook de boot naar de grotten. Gelukkig werden ze een paar minuten later alsnog hiernaartoe gebracht. Alhoewel..gelukkig? In de grot liepen tientallen, nee honderden toeristen. Die hike was een lullig trappetje naar boven en vrolijk vertelde onze gids over de vormen van de grot en wat het allemaal voorstelt (een oude mam, een kussende vrouw, een schildpad, etc). Gelukkig hebben ze daarna alles weer goed gemaakt. Een kleiner bootje bracht ons namelijk naar Cat Ba Island, een paradijsje tussen alle rotsen. Cat Ba bestaat uit een hagelwit strand, blauwe zee, een paar hutjes en 1 restaurant. Je begrijpt: de rest van de dag deden we hélemaal niets.
De volgende ochtend was het gedaan met de pret en werden we weer afgezet aan de kust. Het was tijd om Cas en Ralf gedag te zeggen en ons klaar te maken voor een lange, lange reisdag. Deze begon met een 4 uur durende busrit terug naar Hanoi, 4 uur wachten op de trein en een 15 uur durende treinreis naar Hoi An. Aan slapen in de trein zijn we inmiddels redelijk gewend en de bedden waren redelijk comfortabel. Desalniettemin ben je na zo’n reis redelijk gesloopt. De laatste paar uur deelden we de coupé met 2 meiden uit Vietnam. Met handen en voeten konden we met elkaar communiceren en apetrots waren ze toen we foto’s maakten van de uitzichten. Zodra we bij ons eindpunt waren hielpen ze ons met de backpacks en zwaaiden ons nog even na.
23 juni t/m 26 juni: Hoi An
Iedereen die we hebben gesproken was dól enthousiast over Hoi An. ‘Een stadje om verliefd op te worden’, ‘zo romantisch’, ‘leukste plek van Vietnam’. Toch hadden we ons niets bij Hoi An voorgesteld, of ons ook maar ergens op verheugd. Dat is 1 ding dat we hebben geleerd tijdens onze reis: dan kan het alleen maar tegenvallen.
In Hoi An hadden we een Homestay geboekt. We werden opgehaald van het treinstation en bijna knuffelend ontvangen. Een drankje stond al voor ons klaar en trots liet ze ons de kamer zien. Na het warme ontvangst hebben we tóch nog even een siësta gehouden – slapen in de trein is oké, maar toch breekt het je op.
‘S avonds liepen we naar het ‘oude centrum’ en aten we bij Nu Eatery. Mocht je een keer in Hoi An zijn, dan moét je hier naartoe. Mensen stonden in de rij te wachten op een tafeltje, en na afloop begreep ik waarom. Nog nagenietend van het eten liepen we terug naar het hostel. Overal mensen, de mooiste winkels en in alle bomen gekleurde lampionnen. Eenmaal in onze kamer lagen er koekjes op bed en een briefje waarop ze ons ‘a goodnight’ wenste. Wat een schat.
Vrijdagochtend stapten we op de fiets – want fietsen doet iedereen hier in Hoi An – en gingen we naar het strand. Het idee dat we naar het strand konden fietsen in een half uurtje maakte mij zo blij als ‘n kind. De stranddag was voor ons allebei het ideale relaxmoment. Je zult het namelijk bijna niet geloven, maar reizen is best vermoeiend. Deze fijne dag sloten we af bij The Hill Station waar ze kaasplankjes en rode wijn hadden. Waren we zomaar even in Parijs.
Zaterdag liepen we een dagje door de stad en liepen we van het ene leuke koffietentje naar het ander. En ook aan smoothies met chiazaad en verse yoghurt geen gebrek – voor degene die mij kennen weten hoe gelukkig ik daar van word. De mensen die zeggen verliefd te zijn geworden op deze stad.. ik geef ze geen ongelijk. Deze stad heeft alles dat je nodig hebt, plus een beetje extra.
Ik had helemaal geen zin om weg te gaan uit Hoi An. Ik kon hier nog dagen, misschien wel weken blijven. En toch was het zondagochtend tijd om gedag te zeggen tegen deze fijne stad. Met een verrassingspakketje van onze Homestay – want we hadden zo’n lange reis voor de boeg – stonden we om 6 uur op het treinstation. Onze trein vertrok om 7 uur en naar verwachting zouden we om 22 uur aankomen in Mui Né. We hadden ons voorbereid op een barre tocht, want we hadden gekozen voor een 6-persoons coupé en wij hadden de bovenste bedden. Of nouja, gekozen… Het waren de laatste 2 bedden. En de trein was nu eenmaal het goedkoopst.
In onze coupé verbleef een familie met 5 kinderen. De bovenste bedden zaten nog nét niet tegen het plafond aan en we konden ons er net onder wurmen. De bedden waren plankjes en zitten kon dus niet. Op je zij liggen was al een heel avontuur, straks kwam je nog klem te zitten. En dan heb ik het nog niet over het wc avontuur. Kijk, dat de wc’s vies zijn, daar maken wij geen enkel punt meer van. Neus dicht en hangen maar. Nee, het avontuur bestond uit je bed uit klimmen, en er weer ín zien te komen. Terwijl je je in je bed probeert te proppen, na eerst 10x op benen en tenen te hebben gestaan van de onderburen, moet je ook nog de muizen zien te ontwijken. Ja heus. Zodra de trein om 22.30 arriveerde waren we beiden meer dan blij en opgelucht, bijna rennend kwamen we de trein uit.
Mijn opa zei altijd ‘echte reizigers zeuren niet’. En we hebben naar ‘m geluisterd. We hebben gelachen, en hard ook. We wilden tenslotte zelf goedkoop reizen. Dan zul je ‘m krijgen ook.
Wat een heerlijk verhaal. Wat een reis in zo een kleine ruimte!! Claustrofobisch!
LikeLike
Lieve tortelduifjes, ik ben eindelijk aangesloten op jullie reisverslag. Wat een mooie dingen hebben jullie gezien! Ik ruik de drukte van Ho Chi Minh City alweer…
Kas: ik heb van je afwezigheid gebruik gemaakt om de EK poule van FC Amsterdamse Bos & DES te winnen. Het ging verbluffend makkelijk.
Hartelijke groet, Enno.
LikeLike